COVID-19: Extra bescherming voor huurders

| Door IVVD

Door de coronacrisis komen veel huurrelaties onder druk te staan. Niet alleen huurders van bedrijfsruimte, maar ook huurders van woonruimte lopen tegen allerhande zaken aan. Advocaten- en notarissenkantoor BarentsKrans belicht kort enkele huurrechtelijke aspecten voor huurders en verhuurders van woonruimte en de rol van de overheid hierbij.

Voor sommige huurders is het momenteel niet mogelijk om op tijd de huur te betalen. Om deze huurders in deze moeilijke tijden te beschermen heeft de Minister van Milieu en Wonen, Sientje van Veldhoven, eind maart afspraken gemaakt met verhuurdersorganisaties en brancheverenigingen (Aedes, IVBN, Kences en Vastgoed Belang) over ontruimingen tijdens de coronacrisis. Afgesproken is – kort gezegd – dat gedurende de crisisperiode huisuitzettingen worden uitgesteld, tenzij er evidente redenen zijn, zoals criminele activiteiten of extreme overlast. Daarnaast zullen verhuurders in deze periode geen incassokosten doorberekenen en huurders actief wijzen op financiële mogelijkheden die de overheid biedt. Volgens de advocaten van BarentsKrans is het daarbij overigens maar zeer de vraag of rechters in deze periode überhaupt ontruimingsprocedures zullen behandelen. De rechtspraak heeft bekendgemaakt alleen ‘urgente’ zaken te behandelen.

Ingrid Reimert, Advocaat Vastgoed Huurrecht bij BarentsKrans Advocaten, docent cursus “Huurrecht woonruimte”

Tijdelijke huurovereenkomsten
Ook komt het kabinet met spoedwetgeving die het mogelijk maakt dat tijdelijke huurcontracten die tijdens deze crisis aflopen voor een tijdelijke periode kunnen worden verlengd. Het is volgens het kabinet in deze tijden namelijk niet gepast om van huurders te verwachten dat zij hun volle aandacht kunnen richten op het zoeken naar andere woonruimte als hun tijdelijke huurovereenkomst afloopt. Afgelopen maandag is het spoedwetsvoorstel bij de Tweede Kamer ingediend. Het wetsvoorstel voorziet in de mogelijkheid om een tijdelijke huurovereenkomst voor een periode van één, twee of drie maanden te verlengen. In dit artikel wordt het wetsvoorstel behandeld.

Jesse Zijlma, Advocaat Vastgoed en partner bij BarentsKrans Advocaten, docent “Huurrecht bedrijfsruimte”

Verhelpen van gebreken
Een ander punt waarmee verhuurders in deze tijden worstelen is het verhelpen van gebreken. Op grond van de wet is een verhuurder verplicht om gebreken te verhelpen, maar het is lastig voor verhuurders om hier op goede manier invulling aan te geven, omdat van iedereen wordt gevraagd zoveel als mogelijk afstand te houden. Overigens geldt de herstelplicht alleen als de huurder verlangt dat deze wordt hersteld. De wet bepaalt daarnaast dat een verhuurder niet verplicht is om gebreken te verhelpen indien dat ‘onmogelijk is of uitgaven vereist die in de gegeven omstandigheden redelijkerwijs niet van verhuurder zijn te vergen.’ De vraag rijst of het verhelpen van gebreken in dit geval onmogelijk is. De huidige richtlijnen van de overheid schrijven immers voor dat personen een afstand van 1,5 meter tot elkaar moeten houden. Onder de huidige omstandigheden is het heel goed mogelijk dat een rechter meent dat herstel in deze omstandigheden onmogelijk is.

Het is duidelijk dat de huurrechtelijke gevolgen van deze uitzonderlijke crisis zich nog moeten uitkristalliseren. Volgens de advocaten van BarentsKrans begrijpen de meeste huurders en verhuurders dit heel goed en zijn ze al snel met elkaar in gesprek gegaan. Er zijn dan ook al de nodige initiatieven ontstaan om tot oplossingen te komen zoals de spoedwetgeving op het gebied van tijdelijke huurovereenkomsten.

Voor meer informatie: www.barentskrans.nl