Campus Rachelsmolen in Eindhoven is getransformeerd tot een open, groene en uitnodigende campus. De hekken zijn weggehaald en drie nieuwe gebouwen bieden sinds november plek aan vijf instituten. Door de faciliteiten te spreiden over de gebouwen worden beweging en ontmoeting op de campus extra gestimuleerd.
Een integraal ontwerpteam van architectenbureau Barcode Architects + NUDUS, Hollandse Nieuwe en OKRA landschapsarchitecten ontwikkelde samen met Nelissen, Arcadis, Peutz en ABT het integrale plan voor het nieuwe campusterrein van Fontys. Belangrijk uitgangspunt was om de campus te transformeren van een gesloten eiland in de stad naar een inspirerende onderwijsomgeving. Een omgeving waar ontmoeten centraal staat en waar kruisbestuiving leidt tot innovatie, experimenteren en ondernemen. Nicole Heeren, procesmanager Vastgoed bij Fontys, was vanaf de start van het ontwerpproces betrokken bij het nieuwbouwproject.
De eerste plannen voor nieuwbouw in Eindhoven stammen uit 2015. ‘Deze kwamen voort uit ons overkoepelende Huisvestingsprogramma 2015-2024’, verduidelijkt Heeren. ‘Doel van dat plan is om op al onze campussen toekomstbestendige huisvesting te realiseren.’ Om de wensen en behoeften van de gebruikers in beeld te brengen, is er per campus een campusvisie ontwikkeld, samen met de betrokken instituten. Heeren: ‘We kijken naar de lokale vraag. Waar is behoefte aan? Waar willen we accenten leggen? En welke samenwerkingen liggen voor de hand? Dat is ook voor Rachelsmolen in beeld gebracht. Vervolgens hebben we in 2019 een Europese aanbesteding voor ontwerpende partijen en adviseurs in de markt gezet.’
Nicole Heeren, procesmanager Vastgoed bij Fontys: ‘Studenten van verschillende opleidingen werken steeds vaker in projecten samen’
24.000 vierkante meter
Een ontwerpend consortium van Barcode Architects + NUDUS, Hollandse Nieuwe en OKRA kwam als beste uit de bus en mocht met de opdracht aan de slag. De vraag aan het consortium was om het campusterrein meer open naar de stad te maken en ontmoetingen op het terrein te stimuleren. ‘De vraag van Fontys was heel open en interessant’, stelt architect Tim Brans van NUDUS. ‘Zij hadden een programma van 24.000 vierkante meter en vroegen ons om met een plan te komen. Belangrijke uitgangspunten waren de thema’s ‘groot in kleinschaligheid’ en ‘ontmoeting’. Vandaar onze keuze om geen groot massaal gebouw te realiseren, maar een campus met kleinere, compactere gebouwen. Zo ontstaat er ruimte tussen de gebouwen om ontmoetingen te faciliteren en verbinding met de stad te maken.’
Het consortium koos ervoor het programma van 24.000 vierkante meter in drieën te knippen. Het grote logge gebouw R1 werd circulair gesloopt om ruimte te maken voor drie nieuwe gebouwen, R11, R12 en R13. Gebouw R11 neemt een centrale plek in op de campus. Het bevat gemeenschappelijke functies voor studenten en medewerkers, waaronder het restaurant, een studieomgeving en een ruime collegezaal. R12 is het gebouw voor praktijkgericht onderwijs. Hier zijn de specifieke praktijklokalen nadrukkelijk in de etalage gezet in de plint van het gebouw. R13 herbergt de thuisbasissen van de vijf nieuwe instituten. Het is een extreem flexibel gebouw met werkplekken en algemene onderwijsruimtes. Heeren: ‘In R13 maken de instituten gezamenlijk gebruik van alle aanwezige onderwijsruimten, ze hebben geen ‘eigen’ onderwijsruimten. Dat geeft flexibiliteit voor nu en richting de toekomst.’
Christiaan Fokkema, ontwerper en partner bij Hollandse Nieuwe: ‘We zijn als één ontwerpteam aan de slag gegaan. Dat heeft geleid tot een integraal plan’
Herkenbaarheid
De uitdaging aan het consortium was om aan de ene kant programma’s uit elkaar te trekken en aan de andere kant te zorgen voor herkenbaarheid en geborgenheid. Christiaan Fokkema van Hollandse Nieuwe: ‘We hebben nadrukkelijk gekeken naar de levensfase waar de studenten in zitten. Sommige beginnen al op hun zestiende of zeventiende aan een studie. Deze studenten hebben heel erg behoefte aan gestructureerd, klassikaal onderwijs. Zeker in het begin. Hoe weegt dat op tegen die nieuwe ontwikkeling om programma’s uit elkaar te trekken en kruisbestuiving te stimuleren? Dat was een hele uitdaging.’
Gekozen werd om elk instituut een basispalet te geven van één hoofdkleur en enkele subkleuren. Fokkema: ‘Daar is een uitgebreide kleurenstudie in het gebruikersproces aan vooraf gegaan. Die kleuren komen nu overal terug op vaste elementen in de thuisbasissen en zorgen voor herkenbaarheid.’ Volgens Brans hebben de ontwerpers hiermee een soort huiskamergevoel gecreëerd. ‘De studenten moeten zich veilig voelen op de campus. Ze moeten een veilige plek hebben. Een plek waar ze hun docenten kunnen benaderen. Dat hebben we met het kleurconcept extra vorm gegeven.’
Kruisbestuiving
Waar de vijf instituten tot voor kort allen een eigen eilandje hadden binnen de vastgoedportefeuille van Fontys, zitten ze nu samen in de nieuwe gebouwen. Dat stimuleert samenwerking en zorgt voor kruisbestuiving tussen de opleidingen. Brans: ‘Door de nieuwbouwopgave werden de instituten gedwongen om samen te werken en samen na te denken over de nieuwe huisvesting. Dat heeft geleid tot nieuwe cross-over minors. Nog voor de nieuwbouw was gerealiseerd, ontstond er op de inhoud al samenwerking. Puur door het gesprek en het contact tussen de mensen. Heel mooi om te zien.’
Heeren: ‘Studenten van verschillende opleidingen werken steeds vaker in projecten samen. Dat hebben we doorvertaald naar de nieuwbouw. We hebben kruisbestuiving hoog op de agenda gezet en de wensen van de gebruikers opgehaald in verschillende ontwerpsessies. De studenten en medewerkers van Fontys zijn nauw betrokken geweest bij het opstellen van het programma van eisen. Het zijn zodoende echt hun gebouwen geworden. Vanuit Fontys Vastgoed hebben wij wel nadrukkelijk gestuurd op het aantal vierkante meters. Dat moest uiteraard passen binnen de kaders waar we budget voor hadden.’
Tim Brans, architect NUDUS: ‘In, aan en om de gebouwen hebben we allerlei ontmoetingsplekken gecreëerd’
Groen karakter
Waar campus Rachelsmolen tot voor kort een gesloten karakter had, is het nu echt geopend richting de stad. Brans: ‘De campus was een eiland in de stad. Er stond een hek omheen en de buitenruimte werd gedomineerd door parkeren. Die verbinding met de stad, waar Fontys zo nadrukkelijk op inzet, kwam daardoor niet goed van de grond. Vandaar dat we samen met Hollandse Nieuwe en OKRA vanaf het begin hebben gezegd: ontmoetingen moeten niet enkel in de gebouwen plaatsvinden, maar juist ook in de buitenruimte. In, aan en om de gebouwen hebben we dan ook allerlei ontmoetingsplekken gecreëerd, met de tribune op het centrale plein als grootste blikvanger.’
Het campusterrein heeft met de nieuwe opzet een sterk groen karakter gekregen. Het is een parkachtige omgeving geworden met een mix van dynamische verblijfsplekken, minibossen, open velden en een wadi die de campus bestand maken tegen perioden van extreme neerslag of langdurige droogte en hitte. Heeren: ‘Het is een uitnodigend terrein geworden met een echt hart, een centrum voor ontmoeting waar mensen samenkomen. Hiermee wordt het gezond gebruik van de campus nog meer gestimuleerd. We hebben echt een gezonde leer- een leefruimte gecreëerd op ons terrein.’
Goed opdrachtgeverschap
‘Campus Rachelsmolen is een mooie campus geworden’, stelt Fokkema. ‘Een moderne onderwijsomgeving en een ‘nieuw’ stukje Eindhoven. Dat is mede het gevolg van de manier waarop Fontys de aanbesteding in de markt heeft gezet. Door de uitvraag in handen te leggen van een ontwerpend consortium is er vanaf het allereerste moment goed samenspel geweest tussen de betrokken partijen. We zijn echt als één ontwerpteam aan de slag gegaan. Dat heeft geleid tot een integraal plan en een andere invulling van de gebouwen.’
Brans: ‘Het getuigt van goed opdrachtgeverschap dat de opgave op deze manier is aangevlogen. Op alle schaalniveaus is vanaf het begin continu afstemming geweest. Dat heeft geleid tot één verhaal, één beleving. Fontys heeft nadrukkelijk voor deze aanpak gekozen en dat heeft zich dubbel en dwars uitbetaald.’
Duurzame campus
De vernieuwde campus Rachelsmolen is op 7 maart 2024 officieel geopend. De instituten Fontys Paramedisch, Mens en Gezondheid, Kind en Educatie, Sociale Studies en Pedagogiek hebben een plekje gekregen in de nieuwe gebouwen R11, R12 en R13. De gebouwen zijn duurzaam van opzet en gasloos. Ze zijn aangesloten op een WKO en twee van de drie daken liggen vol met zonnepanelen. Bij de bouw is bovendien zo veel mogelijk gebruik gemaakt van biobased materialen zoals bamboe. Ook het interieur van de onderwijsruimtes en het meubilair hebben een duurzaam karakter.