Het onmogelijke mogelijk maken

| Door Klementine Vis

Gemeenten, corporaties en zorginstellingen staan voor grote vastgoedopgaven. Zij kunnen baat hebben bij een financieel sterke partner, die zich voor langere tijd wil verbinden, duurzaam werkt en niet terugdeinst voor grote uitdagingen. Syntrus Achmea Real Estate & Finance is zo´n partner.

Rob Vester: ‘Wij transformeerden het lelijkste gebouw in Utrecht tot een modern wooncomplex.’
Rob Vester: ‘Wij transformeerden het lelijkste gebouw in Utrecht tot een modern wooncomplex.’

Het lelijkste gebouw van de stad, werd de Neudeflat jarenlang genoemd. Een kantoortoren midden in het middeleeuwse centrum van Utrecht, waar niemand raad mee wist. ‘Wij transformeren het nu tot een modern woongebouw, met bovenin een fantastisch uitzicht’, zegt Rob Vester, director Ontwikkelingsbedrijf van Syntrus Achmea Real Estate & Finance. ‘Net zoals we eerder het kantoorpand Molenwerf in Amsterdam omturnden tot het appartementencomplex Westerhoek. Inmiddels zijn in heel Nederland veel leegstaande kantoren veranderd in woningen, maar toen waren wij een van de eersten.’

Duurzaamheid
Het onmogelijke mogelijk maken, noemt Vester dat. Dat is geen doel op zich, maar een middel om de klanten (pensioenfondsen, verzekeraars en charitatieve instellingen) beleggingen aan te bieden waarmee zij door de jaren heen een stabiel rendement kunnen halen. Jonge werknemers van nu willen na hun arbeidzame leven immers ook kunnen beschikken over een goed aanvullend pensioen. Dus is duurzaamheid het kernwoord. Vester: ‘Onze klanten werken voor onze generaties, maar ook voor de kinderen van onze kinderen. Zij hebben een langetermijnhorizon. Dat maakt hen tot ideale partners voor gemeenten, corporaties en zorginstellingen.’

Een goed voorbeeld zijn de investeringen van Syntrus Achmea RE&F in ‘krachtwijken’ als Kanaleneiland in Utrecht, Transvaal in Den Haag en Katendrecht in Rotterdam. Vester: ‘We zijn ervan overtuigd dat die wijken een proces van gentrification gaan doormaken. Het worden betere wijken dan het nu zijn, met voor onze klanten het prettige gevolg dat ook de waarde van het vastgoed zal stijgen. Aan dat proces hebben wij ons via de beleggingen van onze klanten voor de komende decennia verbonden.’

Beleggers
Syntrus Achmea RE&F werkt in de wijken graag samen met de gemeente en de woningcorporatie, zegt Boris van der Gijp, director Strategy & Research. ‘De gemeente zorgt voor de openbare ruimte, de corporatie voor sociale huurwoningen en wij voor woningen met een huur van 700 tot ongeveer 1000 euro per maand. Die woningen fungeren als een soort smeerolie in de markt; ze zijn voor mensen met een middeninkomen die geen woning willen of kunnen kopen. De vraag naar dit soort woningen is erg groot, vooral in de grote steden. Steeds meer jongeren en senioren huren liever dan dat ze kopen. Het bezit wordt minder belangrijk dan het gebruik.’

Corporaties kunnen ook hun duurdere huurwoningen verkopen aan Syntrus Achmea RE&F. Van der Gijp: ‘Institutionele beleggers investeren graag in woningen die net boven de liberalisatiegrens liggen. Ze hebben daar ook miljarden voor beschikbaar, omdat andere beleggingen zoals staatsobligaties door de lage rente nauwelijks nog iets opleveren. Corporaties kunnen met dat geld meer gaan bouwen voor hun doelgroep – waardoor de wachtlijsten korter kunnen worden – én de bestaande woningen verduurzamen. Dat laatste is hard nodig willen we de klimaatdoelstellingen van Parijs halen.’

Wallen
Een heel bijzondere vorm van samenwerking is 1012Inc, een publiek-privaat bedrijf dat vastgoed op de Amsterdamse Wallen aankoopt en beheert om de leefbaarheid van het gebied te verbeteren. Syntrus Achmea RE&F werkt hierin samen met de gemeente Amsterdam en woningcorporatie Stadgenoot; investeerders zijn het Rabobank Pensioenfonds en het Bedrijfspensioenfonds voor de Landbouw, beiden klant van Syntrus Achmea RE&F en voorlopers op het gebied van duurzaam beleggen.

Vester: ‘Uit onze deelname blijkt dat we creatieve oplossingen niet schuwen. Het is een mooi voorbeeld van een aparte oplossing om de stad te helpen, want dit is bepaald geen rechttoe-rechtaan-deal. Zo’n complexe investering is alleen mogelijk omdat we namens onze klanten bereid zijn tot een langjarig commitment met een passend rendement.’

De Makroon in Amsterdam zijn nieuwe levensloopbestendige appartementen en zorgvoorzieningen onder één dak.
De Makroon in Amsterdam zijn nieuwe levensloopbestendige appartementen en zorgvoorzieningen onder één dak.

Levensloopbestendig
Een stabiel rendement wordt ook gevonden door te investeren in combinaties van wonen en zorg. Syntrus Achmea RE&F heeft de afgelopen jaren een portefeuille zorgvastgoed opgebouwd, waaronder De Makroon vlakbij het Leidseplein in Amsterdam. Nieuwe levensloopbestendige appartementen en zorgvoorzieningen van Amstelring zijn daar onder één dak gebundeld. Op een andere locatie in Amsterdam, aan de Plantage Middenlaan, wordt binnenkort begonnen met de grootschalige vernieuwing van Sint Jacob. Het zorgvastgoedfonds werd onlangs door GRESB (een toonaangevende internationale benchmark) uitgeroepen tot Global Sector Leader op het gebied van duurzaamheid.

Van der Gijp: ‘Wat wij doen, is een interessante combinatie voor alle gemeenten en zorginstellingen. Wij maken het geld dat tot dusverre in de stenen zat, weer liquide, wat betekent dat het kan worden gebruikt voor betere zorg. Het is ook een logische investering voor pensioenfondsen – investeren in zorg en woningen voor senioren – dat ook een goed rendement oplevert.’

Lijnbaan
De betrokkenheid van Syntrus Achmea RE&F gaat ver, zoals blijkt uit recente ontwikkelingen rond de Lijnbaan. Het is de kern van het Rotterdamse winkelgebied, maar het bezoek liep terug. Maatregelen om daar wat tegen te doen, kwamen niet van de grond door het versnipperde eigendom van het vastgoed. Sinds 2012 is Syntrus Achmea RE&F naar eigen zeggen ‘redelijk dominant’ in het gebied en hebben eigenaren, ondernemers en de gemeente het Lijnbaanakkoord gesloten. Er is nu één directeur die het hele gebied managet alsof het een shopping mall is.

Het gevolg daarvan is dat de eigenaren nu ook investeren in onderhoud en vernieuwing van de openbare ruimte. Vester: ‘Dit is de meest vergaande variant van onze betrokkenheid, maar we zijn met veel meer gemeenten én op rijksniveau in gesprek over het functioneren en het managen van binnensteden. Bepaalde trends kunnen we niet keren. Maar we kunnen wel meedenken en –helpen om nieuwe, duurzame oplossingen mogelijk te maken. Oplossingen waarvan veel anderen zullen zeggen dat ze helaas niet mogelijk zijn.’