Ressort Wonen verwarmt huizen met waterstofketels

| Door IVVD

In de Rotterdamse deelgemeente Rozenburg start in april een project om met waterstofgas huizen te verwarmen. Het pilotproject Power2Gas van netbeheerder Stedin en woningstichting Ressort Wonen is een primeur in Nederland, nog niet eerder zijn in ons land huizen verwarmd met HR-ketels op pure waterstof.

Verwarmen met waterstofgas lijkt het ideale duurzame alternatief voor verwarmen met aardgas, er komt namelijk geen CO2 vrij bij de verbranding. De techniek staat echter nog in de kinderschoenen en de productie van waterstofgas is relatief gezien duur. Toch geloven ze bij Stedin in de kansen van waterstofgas als een van de alternatieven voor aardgas. Vandaar dat zij al jaren werken aan verschillende projecten op dit gebied, waarbij ze de lat steeds een stukje hoger leggen. In Rozenburg worden nu voor het eerst in Nederland twee nieuwe cv-ketels geplaatst die geheel op waterstof draaien.

Albert van der Molen: ‘Het recept is simpel. Je hebt water nodig en duurzame elektriciteit’

Het recept is simpel
Projectleider Albert van der Molen van Stedin is enthousiast over het nieuwe project van de netbeheerder. ‘Verwarmen met waterstof is natuurlijk een heel mooi verhaal. Het recept is simpel. Je hebt water nodig en duurzame elektriciteit. Daarmee kun je waterstof maken, die je vervolgens kunt verbranden zonder dat er CO2 bij vrijkomt. Goed voor het klimaat en je bent af van de afhankelijkheid van aardgas.’

Stedin draaide tussen 2007 en 2011 een project op Ameland waarbij waterstof in het aardgasnet werd bijgemengd. ‘We willen de lat steeds iets hoger leggen’, stelt Van der Molen. ‘De pilot in Rozenburg spitst zich toe op het gebruik van de HR-ketels op waterstof die geleverd worden door Remeha en Bekaert Heating. Daar hebben we straks een mooie locatie waar we aan derden kunnen laten zien hoe de ketels werken.’

Ook de woningstichting ziet duidelijk meerwaarde in het waterstofproject in Rozenburg. ‘Innovatie zal hard nodig zijn als we de energietransitie willen laten slagen’, stelt Frans Desloover, directeur-bestuurder van Ressort Wonen. ‘Vandaar dat wij hier graag onze medewerking aan verlenen. We zijn bovendien werkzaam in een gebied dat nauw verbonden is met de petrochemische industrie, dat geeft dus alle aanleiding om innovaties in de industrie te koppelen aan de gebouwde omgeving. Het Power2Gas-project past daar mooi in. Het zorgt daarnaast voor verbinding tussen Stedin, de bewoners en ons.’

Power2Gas-installatie in Rozenburg met de waterstofinstallatie (blauwe containers) en het appartementencomplex (links midden) dat vanaf april met waterstof wordt verwarmd. (Bron: DNV GL)

HR-ketels op waterstof
De ketels op waterstof in Rozenburg komen te hangen in het ketelhuis van een appartementencomplex met 24 woningen en vormen een aanvulling op de grote gezamenlijke aardgasketel die er al hangt. Van der Molen: ‘Deze gemeenschappelijke aardgasketel voorziet alle woningen van warmte. De twee HR-ketels op waterstof zorgen voor extra warmte zodat de aardgasketel minder hard hoeft te werken. Samen zorgen deze twee ketels voor ongeveer 8 procent van de warmte voor deze 24 woningen. Voor de inwoners van het appartementencomplex verandert er niets, de woningen hoeven niet aangepast te worden. Het enige dat ze merken is dat de energierekening wat omlaag gaat.’

Dat verwarmen met waterstof nu nog relatief duur is weet Van der Molen als geen ander. ‘Maar als je over twintig of dertig jaar op grote schaal iets met waterstof wilt doen, moet je die technologie nu al gaan ontwikkelen en alle kinderziektes eruit halen. Over vijf tot tien jaar zal deze techniek nog niet op grote schaal worden toegepast. Maar de ontwikkelingen gaan snel. Vandaar dat wij de weg willen voorbereiden voor grootschaliger gebruik.’

Frans Desloover: ‘Over vijf tot tien jaar zal deze techniek nog niet op grote schaal worden toegepast’

Andere verwarmingsbronnen
Toch is waterstof volgens Van der Molen niet dé oplossing voor het aardgasprobleem, maar ‘een’ oplossing. ‘We willen in Nederland naar andere verwarmingsbronnen toe en daarbij moeten we ons niet blind staren op één oplossing. We moeten werken aan collectieve warmtenetten, all-electric oplossingen met warmtepompen en varianten met waterstof. Het hangt sterk van de locatie af voor welke oplossing je kiest. Dat is simpel een kwestie van sommetjes maken en kijken wat de meest logische oplossing is.’
Een volgend project van Stedin wordt in ieder geval grootschaliger. ‘In 2025 willen we samen met partners en de bewoners van Stad aan ’t Haringvliet onderzoeken of waterstof een rol kan spelen bij de verwarming van het dorp. Op termijn komt daar wellicht waterstofgas in de leidingen in plaats van aardgas. Maar voordat we dat project gaan draaien moeten we de techniek wel op een hoger niveau brengen. Bij een dergelijk grootschalig project mogen natuurlijk geen storingen voorkomen. Vandaar dat we nu al proefdraaien met HR-ketels op waterstof.’

Het pilotproject in Rozenburg is een vervolg op een eerder project van Stedin en Ressort Wonen met een proefopstelling die synthetische aardgas leverde. Frans Desloover: ‘Rozenburg is een van de vijf pilotgebieden binnen Rotterdam voor de energietransitie. Het streven is om het meest duurzame dorp in de wereldhaven te zijn. Er is dan ook veel acceptatie van verduurzamingsmaatregelen binnen de gemeenschap en een grote ambitie bij Ressort Wonen. Maar voor ons is duurzaamheid in de eerste plaats een mooi middel om wonen betaalbaar te houden.’

Integrale visie op de energietransitie
Dat de energietransitie kostenneutraal kan worden, daar gelooft Van der Molen niet in. ‘Ik heb nog nooit een case gezien waarbij geen geld hoefde te worden bijgelegd. Het is daarom van groot belang om goed te kijken naar alle mogelijkheden en te kiezen voor de oplossingen die maatschappelijk gezien verstandig zijn.’ Van der Molen plaatst daar gelijk een kanttekening bij: ‘Ik zie veel gemeenten zelfstandig zoeken naar oplossingen, terwijl er juist integraal gekeken moet worden naar de vraagstukken rond de energietransitie. Vandaar dat Stedin alle gemeenten in het Stedin-gebied gaat adviseren over welke oplossingen maatschappelijk gezien het slimste zijn.’