Architectuur weerspiegelt niet alleen de fysieke, maar vooral de ideologische constructie van een samenleving. Deze prachtige zin schreef ik over uit een recent krantenartikel. Dat deed ik omdat hij me in één klap duidelijk maakte waarom ik zo van mijn werk houd. Als corporatiebestuurder houd ik al jaren stug vol dat wij mooi en liefdevol willen bouwen. Dat is een bewust provocerende reactie op één van de ergste slogans uit de Nederlandse volkshuisvesting: corporaties bouwen sober en doelmatig.
Ik vraag me af of de -nog altijd talrijke- aanhangers van deze slagzin zich realiseren wat ze de samenleving daarmee eigenlijk aandoen. Werp een blik op een wijk uit de prototypisch sobere en doelmatige jaren ’70 en je realiseert je dat sober domweg lelijk is en doelmatig uiteindelijk steenduur. Huizen zijn als de samenleving zelf: je moet ze liefdevol ontwerpen en zorgzaam beheren, want ze gaan lang mee. Als je dat niet doet, zijn de gevolgen groot.
De volkshuisvesting speelt zich af op het snijvlak van architectuur en samenlevingsopbouw. We ontwerpen, bouwen en beheren huizen en buurten. Wat er gebeurt als je daar niet goed mee omgaat, voltrekt zich momenteel voor onze ogen: veel huurders en heel veel woningzoekenden haken af en presenteren de politieke rekening aan ons allemaal. Geef ze eens ongelijk. Immers: de afgelopen decennia schoot het credo van sober- en doelmatigheid door naar verwaarlozing. Dat culmineerde in de beruchte uitspraak van toenmalig minister Blok: de volkshuisvesting was af. Dat gold zowel op het gebied van het bouwen van huizen als op het gebied van bouwen aan buurten. Het ministerie kon worden opgeheven, de verhuurderheffing (meer dan 12 miljard euro) kon de staatskas spekken en corporatieportefeuilles mochten worden verkocht aan buitenlandse investeerders. De corporaties bezuinigden noodgedwongen op nieuwbouw, renovatie en verduurzaming. En oh ja, van de wet mocht er nog nauwelijks geld naar leefbaarheid. Versobering avant la lettre.
Wat ook niet hielp was dat de doelgroep van corporaties razendsnel van kleur verschoot. Het percentage huurders met een midden- of hoger inkomen halveerde de afgelopen 20 jaar. En er wonen steeds meer huurders met (soms zeer ernstige) problemen in corporatiewijken. Ook ondermijning is een almaar groter probleem. En tot slot is het aantal starters dat geen huis kan vinden historisch groot.