Het doel van de Agenda Natuurinclusief is duidelijk: het realiseren van een natuurinclusieve samenleving waarin de natuur wordt gezien als basis van onze gezondheid en economie. Maar hoe doen we dat? Hoe kunnen we de kracht van de natuur inzetten om tot een fijne, gezonde samenleving te komen? En hoe kunnen we met een natuurinclusieve aanpak de grote maatschappelijke opgaven van deze tijd te lijf gaan? In de Agenda Natuurinclusief geven partijen uit negen verschillende domeinen aan met welke concrete acties zij willen gaan werken aan meer natuurinclusiviteit. Vastgoedsturing neemt drie domeinen onder de loep: het domein Bouw, het domein Gezondheid en het domein Energie.
Domein Bouw: groen als bouwmateriaal
Het domein Bouw is gericht op de woning- en utiliteitsbouw. Door natuurinclusief te bouwen en te ontwerpen is het mogelijk gezonde en aantrekkelijke steden en dorpen te creëren. Dit gaat vaak hand in hand met de opgave klimaatadaptatie. Zo worden er meerdere vliegen in een klap geslagen. Victor Beumer, domeintrekker Bouw legt uit: ‘We willen binnen tien jaar de biodiversiteit in de bebouwde omgeving verdubbelen. Een super ambitieus streven, maar noodzakelijk gezien de huidige staat van de biodiversiteit. Het is daarom belangrijk om zo veel mogelijk partijen in de bouwwereld te motiveren, te stimuleren en te overtuigen om natuurinclusief, en bij voorkeur biobased, te bouwen. Er zijn inmiddels een aantal koplopers die het goede voorbeeld geven. Die voorbeelden moeten we voor het voetlicht brengen. Samen met bouwers, architecten en experts moeten we ervoor zorgen dat natuurinclusief bouwen zich als een olievlek over ons land verspreidt.’
Ecologie
Beumer is ecoloog en werkzaam bij Aveco de Bondt. Hij staat met een been in de bouwwereld en met een been in de wereld van de ecologie. ‘Al zestien jaar werk ik aan ‘natuur in de stad’ met een focus op een betere biodiversiteit, meer leefbaarheid en klimaatadaptatie. Vanuit het domein Bouw kijken we niet alleen naar de ecologische kant van het verhaal, maar ook naar de implementatiekant. Naar hoe we die ecologie in de gouvernance structuren kunnen borgen en hoe we natuurinclusief bouwen vast kunnen leggen in wet- en regelgeving. Zo zijn er al enkele natuurinclusieve eisen toegevoegd aan het Bouwbesluit en proberen we dit te finetunen met de omgevingswet. Een volgende stap is om bepaalde eisen ook mee te nemen in het financiële verhaal, in de hypotheken en verzekeringen bijvoorbeeld.’
Zendingswerk
Uiteindelijk moet natuurinclusief bouwen vanzelfsprekend worden in de bouwwereld, stelt Beumer. ‘Het moet straks standaard worden opgenomen in de uitvraag. Opdrachtgevers moeten er expliciet om vragen, dat zou enorm helpen. We zijn op de goede weg maar er is nog wel wat ‘zendingswerk’ nodig. We moeten er alleen voor oppassen dat we niet te veel vanuit onze bubbel denken. Die natuurinclusiviteitsbubbel moet dus snel heel veel groter gemaakt worden. Ik wil daar graag aan bijdragen, door samen met bouwers, beleidsmakers en experts input te geven aan de verschillende processen om natuurinclusiviteit in de bouwsector te waarborgen.’
Maar hiervoor is nog wel een gedragsverandering nodig, stelt Rob Wolters, domeintrekker Gezondheid. ‘We zijn door de jaren heen verleerd om contact te maken met de natuur en natuur mee te nemen in integrale planvorming. Dat moet veranderen. Groen is niet alleen belangrijk voor de natuur en de biodiversiteit, maar ook een structurele factor voor de publieke gezondheid. Wij willen mensen laten inzien dat elke investering in de natuur een investering in gezondheid is.’
Groene GGZ
Wolters is van huis uit geograaf planoloog en vanaf zijn eerste werkdag bezig met het integreren van natuur in allerlei verschillende sectoren. Sinds vijf jaar is hij directeur van de stichting Nature For Health en in die hoedanigheid mede-initiatiefnemer en programmaleider van de Groene GGZ, een initiatief waarbij instellingen de biodiversiteit bevorderen en de natuur inzetten voor vitaliteit van cliënten, medewerkers en omwonenden van terreinen. ‘Achttien GGZ-instellingen zijn inmiddels aan het vergroenen als onderdeel van de Groene GGZ. Zij koppelen allerlei maatschappelijke doelstellingen aan hun terreinen zoals klimaatadaptatie, waterretentie, sociale interactie en cohesie. Samen kijken wij hoe we dat vorm kunnen geven, want voor veel instellingen is het nog een hele zoektocht. Onderhoud van de terreinen wordt vooral ervaren als last. Onze boodschap aan de bestuurders is: het terrein is geen last maar een lust.’
Zorgkosten
De groene boodschap van het domein Gezondheid landt volgens Wolters goed in de gezondheidssector. ‘Er komt steeds meer evidence based bewijs dat groen bijdraagt aan de gezondheid van mensen. Zo blijkt uit recent onderzoek bijvoorbeeld dat het medicijngebruik in groene wijken beduidend lager ligt dan in versteende wijken. Investeren in groen levert op termijn dus een besparing in zorgkosten op. Via de bouw kunnen we zodoende een behoorlijke impuls geven aan de publieke gezondheid. En dat is belangrijk ook, want de zorg staat flink onder druk. Door vergroening van de zorg en van onze leefomgeving kunnen we die druk behoorlijk verlagen.’
Voor domeinleider Marjolein de Gorter een vanzelfsprekendheid. ‘Een gezonde natuur en energietransitie moeten hand in hand gaan. Beide hebben als doel een duurzame toekomst veilig te stellen en dus moeten we voor beide aandacht hebben.’ Volgens Gorter is er lange tijd te weinig aandacht geweest voor natuurinclusiviteit bij bouwprojecten in de energiesector. ‘We moeten nu de switch maken van natuur compenseren naar natuurinclusief bouwen. Het domein Energie adviseert hierbij. We verbinden publieke en private bedrijven en zorgen dat de discussie op gang komt. Er liggen nog genoeg vraagstukken, maar ik zie ook mooie kansen. Die moeten we zo goed mogelijk verzilveren.’
Inspiratiegids
De Gorter is Director Large Projects Netherlands bij TenneT en zit dus dicht bij het vuur. Binnen TenneT ziet de domeinleider Energie al de nodige veranderingen op gang komen. ‘We hebben een inspiratiegids natuurinclusief ontwikkeld. Daarin staan allerhande groene maatregelen die genomen kunnen worden bij de realisatie van transportinfrastructuur. En we houden steeds meer rekening met de natuur bij het opwekken van groene energie. Zo hebben we in het voorjaar een aantal windmolenparken op zee stilgezet vanwege de vogeltrek. Een relatief kleine ingreep die wel impact heeft op de natuur. Zo kunnen we, door telkens rekening te houden met de natuur, zorgen dat de biodiversiteit niet verder achteruit holt.’
Duurzame toekomst
Als natuurinclusief denken een automatisme wordt bij nieuwe energieprojecten, dan ontstaat er volgens De Gorter een dubbelwaarde: ‘de natuur wordt dankzij de groene energie minder belast én de natuur zelf komt op een hoger niveau dan ervoor.’ En dat zal nodig zijn ook denkt De Gorter, want er staan ons de komende decennia enkele grote uitdagingen te wachten. ‘Vanuit de Europese wet voor natuurherstel wordt er een enorme vraag neergelegd voor natuurontwikkeling binnen Nederland. En dat terwijl we ook ruimte nodig hebben voor woningbouw en de energietransitie. Dat gaat nooit passen naast elkaar. Het is daarom belangrijk zaken slim te combineren. Om meer natuurinclusief te bouwen en de energietransitie te koppelen aan natuurverbetering. Want alleen met structurele aandacht voor de natuur kunnen we een duurzame toekomst realiseren.’