Het rapport Tekort aan groen in Nederlandse steden laat zien dat 54% van de buurten in de 32 grootste Nederlandse gemeenten versteend is. Dat betekent dat er minder dan 75 vierkante meter groen per woonadres is en dat er in veel steden geen aaneengesloten groengebied van minimaal 1 hectare aanwezig is. In de vier grootste steden is dit percentage nog hoger: daar is 70% van de buurten versteend.
De situatie is tussen 2019 en 2024 alleen maar verslechterd, met een toename in verstening van 7,6%. Dit komt vooral doordat er 234.000 nieuwe woningen zijn bijgebouwd, terwijl het openbaar groen juist met 658 hectare afnam. Alleen Emmen blijkt een positieve uitzondering. Het is de enige niet versteende stad uit de 32 uit het onderzoek.
De impact op de gezondheid van stadsbewoners is niet te onderschatten. ’We krijgen steeds meer versteende buurten, het wordt steeds warmer, mensen worden zo minder uitgedaagd om te gaan wandelen.’ Bovendien blijkt uit onderzoek dat groen goed is voor de gezondheid, stelt Berends. ’Groen nodigt uit om te gaan lopen of buiten te spelen. Zelfs het uitzicht vanuit huis op groen helpt al. Dat werkt stress reducerend.’
De verstening van Nederland heeft ook ingrijpende gevolgen voor de biodiversiteit. ’Planten en dieren zoeken een plek om te leven en die is er steeds minder’, vertelt ze. ‘Toch zijn er weleens succesverhalen over een opvallende diersoort die het goed doet. Maar uit de natuuronderzoeken van onder andere de Universiteit van Wageningen blijkt dat het helemaal niet goed gaat met de biodiversiteit in Nederland.’
Druk
Onderzoeken laten keer op keer zien dat het noodzakelijk is dat Nederland vergroent. Maar waarom lukt dat dan niet? ‘De druk voor huizenbouw is gigantisch, maar de druk voor vergroening is er niet. Je moet juist tegelijk met de huizenbouw de stad groen inrichten, anders krijgen we steeds meer problemen met hitte, water en gezondheid.’
De oplossingen lijken voor het oprapen. ‘Zoek de zinloze verharding op. Versmal straten en stoepen die onnodig breed zijn. Dat is ook fijn voor mensen die er wonen, want langzamer rijdende auto’s’, suggereert de onderzoeksleider. ‘En soms kun je parkeerplekken opheffen.’ Ze stelt dat dit soort initiatieven op grotere schaal worden uitgevoerd. ’Je moet bijvoorbeeld niet alleen naar een nieuwbouwproject kijken, maar naar de hele buurt waar dat project plaatsvindt.’
Een integrale aanpak is volgens Berends essentieel. ‘Er wordt wel gekeken naar rioolvervanging en naar vervanging van het gasnet, maar niet zozeer naar groen in diezelfde straten. Terwijl dat prima kan, als we maar willen.’
De financiële uitdaging is complex. ’Vergroening betaalt zich terug. Het heeft veel baten, maar iemand moet investeren en dat is lastig’, legt Berends uit. ’Zo hebben hypotheekverstrekkers, zorgverzekeraars en vastgoedeigenaren hier baat bij, want vergroening zorgt voor minder risico’s op overstromingen, funderingsschade en gezondheidskosten. Daar profiteren alle betrokken partijen van, en toch betalen veel partijen niet mee.’
Er zijn gelukkig lichtpuntjes. Zo heeft Breda grote ambities. Berends: ’Het wil een nationaal parkstad worden. De stad heeft samen met zijn bewoners een plan opgesteld om de hele stad te vergroenen. In dat concept draai je het om: de stad is een park om in te wonen. Breda volgt daarom een heel proces om meer te vergroenen. Het heeft daarvoor ook meer geld nodig, maar doet in ieder geval zijn stinkende best.’
Urgentie
De urgentie wordt intussen steeds groter, mede door het achterblijven van de politieke prioriteit. ’Het rapport van Natuur en Milieu en Sweco is naar Kamerleden gestuurd. We hebben er nog geen reactie op gekregen, maar de Kamerleden hebben wel aan de minister om een reactie gevraagd. Dat is goed nieuws, want dan gaat het debat niet meer enkel over nieuwbouw, maar óók over groen.’
Tegelijkertijd dreigt het probleem zonder structurele aanpak alleen maar groter te worden. ’Wanneer groen aan de beurt komt, is de vraag. Als we vergroening nu niet meepakken, dan moeten we over tien jaar buurten opnieuw inrichten”, waarschuwt Berends. “Je kunt beter stap voor stap en planmatig te werk gaan. Straks is de situatie nog slechter geworden en is het ook nog eens duurder om het alsnog te doen.’