september 2017 21
naar vraagvolgende bekostiging van zorgvastgoed
het vraagstuk van ruimtelijke sturing in
de overweging meegenomen moet worden.
Sectoraal beleid biedt immers geen aangrijpingspunt
meer voor sturing. Volgens de
onderzoekers van Veldacademie zal in de toekomst
het oude spreidingspatroon, dat mede
bepaald was door overheidsbeleid, langzaam
vervangen worden door spreiding door de
markt. Bij de woonzorgvoorzieningen voor
ouderen lijkt dat zich niet zozeer te vertalen
in grotere reisafstanden tot voorzieningen,
maar juist tot meer, kleinere voorzieningen.
De vraag is of het ook betekent dat er ‘witte
vlekken’ kunnen ontstaan: gebieden waar als
gevolg van de grotere rol van rendementslogica
voorzieningen gesloten worden of niet
meer nieuw ontwikkeld. Bijvoorbeeld in die
gebieden die nu al over de 'demografische
ouderdomspiek' heen zijn en waar beleggers
onvoldoende marktmogelijkheden zien om
in te springen, terwijl de vraag er nog wel is.
Overheidssturing moeilijker
De introductie van vraagvolgende bekostiging
in de ouderenzorg betekent voor gemeenten
dat sturing op voorzieningenspreiding lastiger
wordt. In de ouderenzorg kan ruimtelijke sturing
binnen de zorgregio alsnog plaatsvinden
via de budgetverdeling door het zorgkantoor,
maar dit lijkt geen prioriteit te zijn. Ruimtelijke
sturing kan dan alleen nog plaatsvinden via
het gemeentelijk ruimtelijk beleid (omgevingsbeleid,
grondbeleid). Indien het Rijk ruimtelijke
sturing mogelijk wil maken in aanvulling
op de omgevingsvisie, het omgevingsplan en
het grondbeleid, hoeft dat niet te betekenen
dat we teruggaan naar de aanbodgestuurde
bekostiging zoals die was. Wanneer een
omgevingsvisie in samenspraak wordt opgesteld
tussen overheden, dienstaanbieders en
budgetverdelers kan een gedragen beeld ontwikkeld
worden van de gewenste gemeentelijke
of regionale voorzieningenstructuur.
De beleidsveranderingen hebben gevolgen
voor de wijze waarop eigenaren en gebruikers
met hun vastgoed omgaan. Corporaties
Veldacademie werkt
onafhankelijk, voor
publieke en private
opdrachtgevers. Op
het bureau van Veldacademie
werken
ervaren stadsonderzoekers
en ontwerpers
van verschillende
disciplines aan
actuele stedelijke
vraagstukken.
Er staan in Nederland ongeveer 8.000
gebouwen waar basisonderwijs wordt
gegeven en 2.200 gebouwen waarin
doorlopend (zeer diverse) ouderenzorg
wordt verleend. In de sector ouderenzorg
is sprake van deconcentratie: er komen
méér locaties (behalve in kleine kernen
in krimpgebieden) en deze locaties zijn
gemiddeld kleiner. Daarentegen is er
sprake van concentratie van basisscholen:
er komen minder locaties met gemiddeld
een groter oppervlak. In beide sectoren
stammen de meeste gebouwen van de
huidige voorraad uit de periode 1965-
1990, de hoogtijdagen van de verzorgingsstaat.
Het percentage relatief nieuwe
gebouwen (na 1990) is voor basisscholen
duidelijk lager dan voor woonzorggebouwen.
In de grote steden staan ten
opzichte van kleine kernen juist weer relatief
veel jonge scholen en relatief weinig
jonge woonzorggebouwen.
VELDACADEMIE
RENDEMENTSLOGICA
Zonder dat
Amstelring
vooraf enorme
investeringen
hoefde te doen,
lukte het om de
gebouwen toekomstbestendig
te maken
en zorgaanbieders zullen zich herpositioneren
en hun vastgoedstrategie heroverwegen.
Dit zal in sommige gevallen leiden tot
het afstoten van vastgoed of het omvormen
naar een nieuwe functie. Tegelijkertijd zullen
er nieuwe toetreders komen in alle soorten en
maten. Sommige toetreders investeren alleen
in het vastgoed, andere treden tevens zelf
als dienstverlener op; sommige ontwikkelen
nieuwbouwlocaties, andere nemen bestaande
gebouwen over. Zodoende ontstaat er een
nieuwe markt met een andere dynamiek. Aan
de ene kant komen er kansen voor nieuwe
partijen, aan de andere kant wordt het voor
overheden lastiger om grip te houden op het
zorglandschap. Ruimtelijke sturing, hoe lastig
ook, wordt een belangrijk thema. Goed
samenspel tussen overheden, zorginstellingen
en budgetverdelers is hierbij onontbeerlijk. Å