10 trends voor woningmarkt en leefomgeving in 2021

| Door Odette Koldewey

De woningmarkt beweegt zich naar nieuwe oplossingen toe, mede aangejaagd door de verkiezingen. Adviesbureau Companen benoemt tien trends die in 2021 aandacht vragen.

Volgens de adviseurs van Companen, adviesbureau voor de woningmarkt en leefomgeving, vormt wonen een kristallisatiepunt van oplossingen bij maatschappelijke opgaven. ‘Het besef groeit dat wonen geen verdienmodel is, maar een maatschappelijke voorziening. Wonen vormt de onmisbare schakel tussen voldoende betaalbare volkshuisvesting (Woningwet), goede ruimtelijke ordening (Omgevingswet) en zelfstandig thuis kunnen blijven wonen (Wonen en zorg).’

Er komt een nieuw financieel evenwicht tussen haalbaar en betaalbaar. ‘Het rijk past de huurtoeslag aan: vereenvoudigd en minder foutgevoelig. Hopelijk blijvend gericht op betaalbaar wonen. Ook is aanpassing van de verhuurderheffing en hypotheekrenteaftrek nodig voor een nieuw noodzakelijk evenwicht tussen betaalbaar voor de consument en haalbaar voor de corporatie of bouwer.’

Er komt volgens Companen een revival van de rol gemeenten en regio’s. ‘Oplossingen voor de woningmarkt moeten op lokaal of hoogstens regionaal niveau gevonden worden. Gemeenten nemen steeds meer die verantwoordelijkheid: door regie en samenwerking. Een minister van Volkshuisvesting in het nieuwe kabinet blijkt een impuls voor deze lokale verantwoordelijkheid.’

Corporaties worden meer actief op de randen van het speelveld. ‘Met de Woningwet zijn corporaties aanvankelijk terug naar hun vermeende kerntaak gegaan. Door trends als huisvesting van zeer kwetsbare (zorg)groepen, strikte domeinafbakening van zorg en wonen, en minder draagkracht van de omgeving krijgen corporaties meer op hun bord. Corporaties werken daarom bewust steeds meer op de randen van het speelveld.’

Langer thuis wonen wordt goed mogelijk, maar met grenzen. ‘De taskforce wonen en zorg moedigt gemeenten aan om woonzorgvisies te integreren in het woonbeleid. Deze verbinding is cruciaal, omdat langer zelfstandig een gecombineerde vastgoed- en maatschappelijke opgave is. We vinden steeds meer wegen om mensen zo goed mogelijk hun plek te bieden in de samenleving.’

Het is volgens Companen tijd voor een herwaardering van gezondheid in en om woningen. ‘De Woningwet kent zijn oorsprong in de volksgezondheid. Als gevolg van de pandemie krijgt ruimte in en om de woning hernieuwd aandacht. Minder verdichten en meer aandacht voor groen in de omgeving. Dit heeft hernieuwd betekenis voor spreiding van woningbouw: over Nederland en in het evenwicht tussen inbreiding en uitbreiding.’

De drieslag van 2021: energiezuinig, circulair, klimaatbestendig. ‘In 2021 maken de gemeenten hun transitievisie warmte. Het vertrekpunt voor de lokale dialoog over zuinig omgaan met warmte en energie. De transitievisies fungeren daarmee als vliegwiel voor acties voor een toekomstbestendige leefomgeving: met zorg voor energie, klimaatbestendigheid en circulariteit.’

In 2021 wordt nog meer ingezet op samenwerking. Publieke en private partners: één voor allen, allen voor één. ‘Bouwbedrijven, ontwikkelaars, corporaties en overheid zoeken elkaar meer en meer op. De een kan niet presteren zonder de ander: in plaats van hoe bereik ik míjn resultaat, is de vraag: wat kunnen we voor elkaar betekenen. Publiek-private samenwerking kent een revival.’

Oplossen woningtekort: meer dan bouwen. ‘De aandacht bij het oplossen van het woningtekort ligt naast nieuwbouw op het anders gebruiken van bestaand vastgoed. Er kan meer met de bestaande woningvoorraad door splitsen, co-housing, etc. Overheden beseffen dat ze hiervoor binnen hun systemen ruimte moeten bieden.’

En tot slot zullen we volgens Companen in 2021 anders bouwen: flexibel, conceptueel en industrieel. ‘We staan op een kruispunt. Traditionele bouwvormen zijn te duur en te star. Flex-wonen biedt ruimte aan de veranderende vraag: van spoedzoekers, arbeidsmigranten, kleine huishoudens, statushouders. Conceptueel en zeker industrieel bouwen helpt kosten verlagen. Dit vraagt nieuwe organisatievormen om ruimte te geven aan deze concepten en gezamenlijke inkoop ten behoeve van schaal. Met een nieuwe rol voor (samenwerkende) gemeenten: inkoop van bouwstromen.’