CO2-tool voor Woonstad Rotterdam

| Door Dieuwke van Vuure

Woonstad Rotterdam wil de komende tien jaar 5.000 woningen aan haar voorraad toevoegen en er daarbij voor zorgen dat de totale CO2-uitstoot niet toeneemt. Ze hebben Stichting W/E adviseurs gevraagd om de impact hiervan in kaart te brengen en een model annex rekentool te ontwikkelen waarmee ze de toename van de CO2-uitstoot bij de nieuwbouw kunnen balanceren met de verlaging van de CO2-uitstoot bij de bestaande voorraad.

[Door: Henk Fieggen, redactie IVVD]

Boudewijn Elsinga werkt bij W/E adviseurs als senior adviseur. Hij legt uit dat W/E adviseurs de landelijke overheid, gemeenten, corporaties en vastgoedbeleggers helpt bij het verduurzamen van gebouwen en gebieden: ‘Wij richten ons op energie, circulariteit en gezondheid en ondersteunen onze opdrachtgevers op het complete traject van visievorming tot en met uitvoering in de dagelijkse praktijk. Wij ontwikkelen ook software zoals GPR Gebouw, waarmee duurzaamheid meetbaar en bespreekbaar wordt. Woonstad Rotterdam is een van onze opdrachtgevers. Zij beheren zo’n 50.000 woningen en zijn voornemens om deze voorraad in de komende tien jaar met tenminste tien procent uit te breiden zonder dat de totale CO2-uitstoot van hun woningen toeneemt. In dit verband hebben ze ons gevraagd om een model annex rekentool te ontwikkelen waarmee ze op het bereiken van deze doelstelling kunnen sturen. Concreet geldt dat ze de CO2-uitstoot bij de uitbreiding van hun voorraad willen balanceren met verlaging van de CO2-uitstoot door verduurzamingsingrepen bij de bestaande voorraad.’

Archetypen
‘Binnen dit kader wordt de CO2-uitstoot bepaald met behulp van de landelijk erkende MPG-methodiek, in het bijzonder module A conform de Paris Proof-index. Omdat bij de uitbreiding van de voorraad verschillende typen woningen zullen worden gebouwd, worden in dit CO2-model veertien archetypen onderscheiden: naar grootte (studio, klein en middelgroot appartement), naar materialisatie (MPG bij huidige bouwbesluit en MPG bij de verwachte aanscherping van het bouwbesluit) en naar energieconcept (all-electric warmtepomp en warmtenet). Daarnaast hebben we de studio in twee varianten (all-electric warmtepomp en warmtenet) als toevoeging op de bestaande bouw (optopping) meegenomen. Bij elk archetype hoort een materiaallast en een energieverbruik. De berekende materiaallast wordt aan het uitvoeringsjaar toegerekend en het energieverbruik wordt cumulatief meegenomen. Energetische maatregelen hebben ook effect op het energieverbruik van ieder volgend jaar.’

Boudewijn Elsinga: ‘We hebben dit CO2-model ontwikkeld in nauwe samenspraak met Woonstad Rotterdam’

Ingrepen
Deze uitgangspunten gelden zowel voor de nieuw te bouwen woningen als voor het bepalen van het effect van de duurzaamheidsingrepen bij de bestaande voorraad. Bij de bestaande voorraad maakt het model een onderscheid tussen grondgeboden en gestapelde bouw. Bij de duurzaamheidsingrepen draait het in eerste instantie om het effect van het plaatsen van zonnepanelen en het aansluiten van de woningen op het warmtenet. Om dit effect te kunnen simuleren, wordt in het model uitgegaan van gemiddelden met betrekking tot gebruiksoppervlak, dakoppervlak en warmtevraag. Een en ander resulteert in een tijdreeks tot en met 2033. Daarmee wordt enerzijds de toename van de CO2-uitstoot vanwege de nieuwbouw inzichtelijk gemaakt en anderzijds de reductie van de CO2-uitstoot door de duurzaamheidsingrepen bij de bestaande voorraad. Indien het saldo op nul of lager uitkomt, is de CO2-uitstoot van de nieuwbouw (meer dan) gecompenseerd en heeft Woonstad Rotterdam haar doelstelling gerealiseerd.’

Scenario’s
‘We hebben dit CO2-model annex rekentool ontwikkeld in nauwe samenspraak met Woonstad Rotterdam. Het stelt ze in staat om verschillende scenario’s te bekijken en met elkaar te vergelijken, zowel met betrekking tot de temporisering van het aantal per archetype nieuw te bouwen woningen als tot de temporisering van de duurzaamheidsingrepen bij de bestaande voorraad. Dat doen ze door de aantallen nieuw te bouwen woningen per archetype per jaar in te voeren evenals het aantal ingrepen in de bestaande voorraad per jaar, onderverdeeld naar plaatsing van zonnepanelen en aansluitingen op het warmtenet. De resultaten worden in een drietal grafieken weergegeven. De belangrijkste grafiek toont het totaal van de CO2-uitstoot bij de nieuwbouw en de duurzaamheidsingrepen bij de bestaande voorraad, cumulatief over de periode t/m 2033. Het aandeel van de componenten energie en materiaal worden daarin direct zichtbaar gemaakt. Het is een eenvoudig toepasbaar CO2-model geworden.’


Meetbaar en bespreekbaar
GPR Software maakt de duurzaamheid van bestaande en nieuwe gebouwen en gebieden meetbaar en bespreekbaar. Het is de meest gebruikte software bij de verduurzaming van de gebouwde omgeving en wordt erkend door de overheid en de Nationale Milieudatabase. GPR Software is ontstaan vanuit een uitgesproken visie op duurzaam bouwen: creëer een zo hoog mogelijke kwaliteit met een zo laag mogelijke milieubelasting. Er zijn verschillende praktisch toepasbare applicaties waaronder GPR Gebouw. Deze applicatie is ontwikkeld voor partijen die duurzaam bouwen in eigen hand willen nemen waaronder gemeenten, corporaties en beleggers. Gemeenten zetten GPR Gebouw in om hun duurzaamheidsambities te concretiseren, prestatieafspraken te maken met bouwpartijen en hun eigen gebouwen te verduurzamen. Corporaties gebruiken het bij nieuwbouw en in de bestaande voorraad. Beleggers gebruiken het om hun vastgoedportefeuilles te monitoren, te certificeren en te verduurzamen.

Vraag hier een demo van GPR Gebouw aan