Een gemeentelijke routekaart verduurzaming: zeven praktijklessen

| Door Odette Koldewey

Eind april 2020 presenteerde de VNG de sectorale routekaart gemeentelijk vastgoed. Een startpunt voor gemeenten om de landelijke klimaatambities te vertalen naar eigen gemeentelijk vastgoedbeleid. Niet dat er tot dan toe bij gemeenten nog niets aan verduurzaming was gedaan. Maar de vertaling van losse projecten naar een plan voor de hele portefeuille vraagt om een strategische kijk op de verduurzamingsopgave. En daar waar strategie en uitvoering samenkomen, zijn belangrijke lessen te leren.

Republiq begeleidde het afgelopen half jaar gemeenten met het opstellen van een eigen routekaart. “Gemeentelijke vastgoedportefeuilles verschillen onderling sterk en daarmee ook de route naar energieneutraliteit. Toch zie ik in de aanpak belangrijke overeenkomsten in de lessen en valkuilen” aldus Ingrid Janssen. Ervaringen bij Ede, Nissewaard en Gorinchem vatte zij daarom samen in zeven praktijklessen die we hier graag met u delen.

1. Sluit bestuurlijke ambities aan bij het klimaatakkoord
Vaak sluiten de bestuurlijke ambities niet aan bij het klimaatakkoord. Dat is vaak de belangrijkste aanleiding om een routekaart op te stellen. In het coalitieakkoord zijn de ambities verwoord. Maar in hoeverre stroken deze met de ambities uit het klimaatakkoord? Is versnelling nodig? Of moeten we anders prioriteren? In enkele gevallen ligt de lat in het coalitieakkoord zelfs hoger dan de ambities uit het klimaatakkoord. Bijvoorbeeld klimaatneutraal in 2040. Is dit tempo realistisch, financieel logische en tot uitvoering te brengen?

2. Leer omgaan met onzekerheden uit RES en warmtevisie
Vrijwel alle 30 regio’s in Nederland hebben inmiddels een (concept) Regionale Energie Strategie gepubliceerd. Deze RES brengt in beeld hoe binnen de regio invulling gegeven wordt aan duurzame opwek van elektriciteit en welke kansen er zijn voor een duurzame warmtetransitie. Gemeenten dienen daarnaast uiterlijk eind 2021 een transitievisie warmte op te stellen. Beide documenten bieden kaders voor de routekaart verduurzaming gemeentelijk vastgoed. Maar de RES en de transitievisie warmte zijn nog niet in beton gegoten en bieden nog veel ruimte voor het maken van keuzes. Het formuleren van een routekaart dwingt daarom tot het omgaan met deze onzekerheden. Op grote onzekerheden valt op korte termijn lastig te sturen. Is dat warmtenet nog een proefballonnetje? Stel het gasloos maken van het pand en andere complexe verduurzamingsopgaven waarvan de investering zich niet op redelijke termijn terugverdient nog even uit. Start met de projecten waar deze onzekerheden niet spelen.

3. Verbijzonder de verduurzaming van onderwijshuisvesting
In elke gemeente kreeg onderhuisvesting in de routekaart een soort status aparte. Want welke verduurzamingsmaatregelen zijn de afgelopen jaren door de schoolbesturen al genomen? Hebben we daar een goed zicht op? En hoe ga je om met de broodnodige kwaliteitsverbetering in het schoolgebouw? En wat als het IHP ook een actualisatie moet ondergaan? De onderwijsportefeuille beslaat gemiddeld een derde van het gemeentelijk vastgoed. De verduurzamingsopgave is een belangrijke aanjager om in bredere zin naar de kwaliteit van onderwijsgebouwen te kijken. Maak de verduurzamingsopgave transparant zodat je als gemeente gedegen voorbereid in gesprek kunt met schoolbesturen.

4. Vertaal strategie naar een concreet uitvoeringsplan
Voor het gemeentebestuur en de Raad is een strategisch plan met 2050 als stip op de horizon lastig te behappen. 95% CO2 reductie in 2050 is een doel waar goed naar toe te rekenen is. Maar de weg ernaar toe is ook onzeker. De crux zit ‘m in de vertaling van dit strategisch plan naar een uitvoeringsplan voor de komende 5 jaar. Dan wordt het pas echt concreet. Hoe vertalen we de strategie in concrete projecten? Maak onderscheid tussen componentsgewijs verduurzamen (meerdere panden worden gelijktijdig geïsoleerd of van zonnepanelen voorzien) en duurzame renovatie per pand. En maak een plan hoe dit samen met de markt tot uitvoer te brengen.

5. Krijg zicht op baten en lasten strategie
Hoe verhouden de kosten voor verduurzaming zich tot de totale vastgoedkosten van de portefeuille en de investeringsramingen voor nieuwbouw? Deze cijfers naast elkaar geeft het juiste perspectief. Vervolgens is de vraag welk deel van de verduurzaming je meeneemt in het MJOP en welk deel je terugverdient door energiebesparing? Over deze energiebesparing maak je afspraken met de gebruiker. Over het bedrag dat uiteindelijk onder aan de streep extra nodig is om de verduurzamingsopgave uit te voeren, maak je afspraken met de raad. Door dit niet al in individuele projecten vast te leggen, ontstaat er speelruimte voor de vastgoedafdeling.

6. Ken de grootverbruikers
Bij veel gemeenten ontbreekt een goed zicht op het werkelijk energieverbruik in de panden. In een enkel geval troffen we een energiemanager aan die de standen van de meter minutieus bijhield maar de informatie maar lastig deelde met de vastgoedafdeling. Investeer in een goed monitoringsysteem. Alleen dan krijg je grip op het werkelijke verbruik en de CO2-uitstoot. En daarmee antwoord op die ene vraag: hoe effectief zijn de verduurzamingsmaatregelen?

7. Let op bestuurlijke stokpaardjes
Elke gemeente heeft bestuurlijke stokpaardjes die grote invloed kunnen hebben op de keuzes in de routekaart. Zo lagen de wortels van een prominente lokale partij in het (sport)verenigingsleven. Voorstellen voor investeringen in sportcomplexen hielpen om de handen op elkaar te krijgen voor nieuw beleid. Daar zat energie. De bestuurscultuur is medebepalend. In de ene gemeente heerst een doe-mentaliteit en is men wars van visie. In een andere gemeente moeten plannen vooral goed doordacht zijn, aansluiten bij een algemeen gedragen visie en getoetst zijn op haalbaarheid.

Voor meer informatie over routekaarten voor verduurzaming van gemeentelijke vastgoedportefeuilles