LEGOlisering van de bouw

| Door IVVD

Interview met Hennes de Ridder, hoogleraar Integraal ontwerpen aan de TU Delft – Hennes de Ridder maakt zich sterk voor een fundamentele hervorming van de bouw en pleit daarbij voor industrieel gemaakt maatwerk. Niet telkens weer het wiel uitvinden maar producten ontwikkelen waarmee de tand des tijds beter kan worden doorstaan.

Hennes de Ridder studeerde civiele techniek aan de TU Delft waar hij in 1995 terugkeerde als hoogleraar Integraal ontwerpen. Hij maakt zich sterk voor een fundamentele hervorming van de bouw en pleit daarbij voor industrieel gemaakt maatwerk. Niet telkens weer het wiel uitvinden maar producten ontwikkelen waarmee de tand des tijds beter kan worden doorstaan.

Hennes de Ridder: ‘Het is goed om je te realiseren dat de wereld in en rond bouwwerken sneller verandert dan de bouwwerken zelf.’
Hennes de Ridder: ‘Het is goed om je te realiseren dat de wereld in en rond bouwwerken sneller verandert dan de bouwwerken zelf.’ Foto: Maarten Corbijn

Tijdens een gesprek met Hennes de Ridder ontkom je niet aan zijn gedrevenheid. Die wordt ook bepaald door de milieuprestaties van de sector. Zo is de bouwwereld verantwoordelijk voor meer dan 50% van het totale energieverbruik, meer dan 40% van de totale CO2-uitstoot en meer dan 25% van het wegverkeer. Geen fraaie rapportcijfers om mee thuis te komen in een maatschappelijke omgeving die steeds meer eisen stelt aan duurzaamheid.

Wanneer is de bouw je gaan fascineren?
‘Na mijn studie heb ik meer dan twintig jaar bij HBG gewerkt. Ik was daar onder meer betrokken bij de bouw van de Stormvloedkering in de Oosterschelde, een fantastisch project dat niet alleen perfect georganiseerd was. Er moest ook van alles nieuw worden ontwikkeld. De meeste onderdelen werden geprefabriceerd en op locatie geassembleerd. Een fraai staaltje van industrieel maatwerk dat grote indruk op mij heeft gemaakt.’

Waarom pleit je voor een fundamentele transformatie?
‘Zonder de bouw kunnen we niet leven zoals we dat nu doen. Dat is positief. De bouw heeft evenwel ook een negatieve invloed op onze samenleving. Dat komt niet alleen door de milieuprestaties in de bouwsector maar ook door de primitieve manier van werken. Er wordt elke keer weer opnieuw begonnen om een uniek product te bedenken en te maken. Je moet er toch niet aan denken dat andere producten zoals bijvoorbeeld auto’s en smartphones ook elke keer als een uniek product voor een unieke klant zouden worden ontworpen en geproduceerd? Er zou dan geen kennis worden opgebouwd om ze optimaal te laten functioneren en evenmin vaardigheden om ze efficiënt te produceren.’

Wat is de oplossing?
‘Iedereen binnen de sector en daarbuiten weet wel dat de bouw moet veranderen. Bouwbedrijven maken te weinig winst in relatie tot de risico’s die ze lopen. Eindgebruikers zijn ontevreden omdat hun behoeften in de loop der tijd veranderen en gebouwen moeilijk kunnen worden aangepast. Eigenaren worden geconfronteerd met hoge energiekosten en dito faalkosten. Daarnaast is er een maatschappelijk probleem op te lossen als je naar de milieu-effecten van de bouw kijkt. Ook uit overwegingen van duurzaamheid kan en moet de bouw veranderen van een sector die op ambachtelijke wijze steeds maatwerk voor één opdrachtgever levert in een sector die industrieel flexibel maatwerk voor eindgebruikers produceert. Het blijft dus maatwerk want het is ondenkbaar dat wij op grote schaal identieke bouwwerken gaan maken. De verandering waarvoor ik mij inzet, zal de diversiteit eerder vergroten dan verkleinen.’

Waarin zit de kern van de verandering?
‘Die zit in het ontwikkelen van “bouwdozen” waarmee niet alleen verschillende bouwwerken kunnen worden gemaakt, maar die ook kunnen worden aangepast, uitgebreid of verwijderd waarbij de ‘bouwstenen’ kunnen worden hergebruikt. In dit verband is het goed om je te realiseren dat de wereld in en rond bouwwerken sneller verandert dan de bouwwerken zelf. Aanpassing zal steeds meer regel dan uitzondering worden. Nog even voor de goede orde: het industriële proces is niet gericht op het bouwwerk als eindproduct maar op de verschillende “bouwstenen” en hun onderlinge relaties. De bouwstenen worden onder optimale omstandigheden geprefabriceerd en de onderlinge relaties worden zoveel mogelijk gestandaardiseerd op fysische, chemische, mechanische en geometrische eigenschappen. Dit maakt het mogelijk om ze probleemloos met elkaar te combineren en tot een verzameling van courante bouwstenen te komen die in vrijwel alle bouwwerken kunnen worden toegepast. Met deze kleinkorrelige bouwstenen kun je net zoals met LEGO alles maken. Het staat dus haaks op de huidige prefabricage waarbij in fabrieken grote componenten worden gemaakt die buiten weer aan elkaar worden geschuimd en gelast. Die prefabricage is uitsluitend gericht op het versnellen van het bouwproces, maar leidt niet tot betere, goedkopere en flexibeler bouwwerken.’

Hoe gaat de bouwwereld er uitzien?
‘Er zullen steeds meer specialistische bouwondernemingen ontstaan die industrieel gemaakte eindproducten voor verschillende soorten bouwwerken aanbieden, bouwwerken die allemaal uniek zijn maar grote structurele overeenkomsten hebben. Ik noem ze families van bouwwerken voor eindgebruikers zoals zorginstellingen, onderwijsinstellingen, corporaties en gemeenten. Dit zijn voorbeelden van eindgebruikers in de maatschappelijke sector die een extra verantwoordelijkheid hebben als het gaat om milieu en kosten. Het spreekt immers vanzelf dat een industriële aanpak tot een effectievere kennisopbouw en lagere kosten zal leiden.’

Aan welke termijn moeten we denken?
‘Het gaat om een fundamentele hervorming die grote gevolgen heeft voor de werkwijze in de bouw en voor de structuur en cultuur in de sector. Er zijn wel al verschillende initiatieven genomen maar ze zijn nog niet echt doorgebroken. Ze moeten ook nog in een samenhangend systeem worden gezet dat digitaal kan worden ondersteund. De huidige digitale ondersteuning is uiteraard nog gebaseerd op de huidige structuur en cultuur. Een goed voorbeeld daarvan is BIM (Bouw Informatie Modellering) dat zich eigenlijk alleen richt op informatie-uitwisseling tussen de vele partijen die nu nog op ad hoc basis bij de realisatie van een bouwproject worden betrokken.’

Waar verwacht je de doorbraak?
‘De bal ligt bij de aanbestedende partijen en dan met name bij de publieke en de semipu­blieke partijen. Zij zullen de competities moeten organiseren die leiden tot alles waar het de bouwsector nu aan ontbreekt: ketenintegratie, productontwikkeling, kennisopbouw, kwali­teitsborging en toegesneden regelgeving.’

VS1-Hennes de Ridder-coverboek

Prof.dr.ir. Hennes de Ridder is emeritus hoogleraar integraal ontwerpen aan de faculteit der Civiele Techniek van de Technische Universiteit Delft en auteur van het boek LEGOlisering van de bouw.

Het boek is uitgegeven door MauritsGroen.MGMC.
www.mgmc.nl