Zo bouwen we binnen ons CO2-budget

| Door Odette Koldewey

In Nederland is er woningnood en daarom hebben we een ambitieus nieuwbouwdoel: in 2030 zijn er 900.000 nieuwe woningen bijgebouwd. Voor datzelfde jaar hebben we ook een klimaatdoel: 55% minder CO2eq-uitstoot. Maar gaan deze twee doelen wel samen?

De Koelmalaan in Alkmaar. De Koelmalaan in Alkmaar is een voorbeeld van een houtbouwproject. Er worden 129 appartementen gerealiseerd van houten prefab modules van woonconcept Finch Buildings. De twee gebouwen hebben vijf bouwlagen en bestaan uit 260 modules. Met 12.000 m2 BVO is dit project het grootste massief houten woongebouw van de Benelux tot nu toe.

Gemiddeld blijkt CO2eq-uitstoot door materialen en bouw van nieuwbouwwoningen zó groot dat het haast onhaalbaar lijkt om beide doelen te halen. In dit artikel duiken we in dit dilemma, en laten we aan de hand van voorbeelden van koplopers in de bouw zien hoe we zo kunnen bouwen dat we beide doelen wél halen!

Woningen bouwen en onze klimaatdoelen halen?
Op 13 oktober 2022 is het officieel geworden: in 2030 moeten we 900.000 extra woningen hebben gebouwd. Maar we hebben in die periode meer te bereiken. De EU zet met haar Green Deal een duidelijk doel: in 2030 moeten we onze broeikasgasemissies met 55% hebben teruggedrongen. Dit is een eerste ijkpunt. In het Klimaatakkoord van Parijs hebben we met vrijwel alle landen ter wereld afgesproken dat de aarde in 2050 met niet meer dan 1,5 à 2 graden Celsius is opgewarmd. De EU is daarom in 2050 klimaatneutraal.
Uit de Klimaat- en Energieverkenning van 2022 blijkt echter dat Nederland het eerste doel voor 2030 al niet gaat halen, met de huidige koers. Dat betekent dat we de verduurzaming van onze samenleving moeten versnellen. Maar verduurzaming versnellen, én de woningbouw versnellen, gaat dat wel samen?

Nieuwe CO2-barometer van nieuwbouwwoningen
Het Lente-Akkoord publiceert binnenkort de door W/E adviseurs ontwikkelde landelijke CO2-barometer van nieuwbouw. Hiermee wordt gemonitord hoeveel CO2eq-uitstoot nieuw gebouwde woningen jaarlijks veroorzaken. Zo monitoren we dus of onze nieuwbouw in lijn blijft met onze klimaatdoelen. Als we kijken naar de woningen die in 2021 zijn gebouwd, zien we dat deze gemiddeld ongeveer 5 kg CO2eq-emissies per vierkante meter per jaar gaan uitstoten, door gebouwgebonden energiegebruik. In de periode tot en met 2030 is dit in totaal dus circa 50 kg CO2eq-emissies per vierkante meter.

Dit valt echter in het niet bij de CO2eq-uitstoot die is veroorzaakt door het bouwen van deze woningen. Gemiddeld werd in 2021 per vierkante meter nieuwbouwwoning circa 340 kg CO2eq-emissies uitgestoten door productie van materialen en bouw. Op de korte termijn zijn het dus vooral de materialen en de bouw van nieuwbouwwoningen die veel CO2eq-uitstoot veroorzaken. Halen we ons klimaatdoel als we deze hoeveelheden CO2eq-emissies blijven uitstoten met het bouwen van nieuwe woningen?

Bouwen binnen ons CO2-budget
Om die vraag te beantwoorden moeten we weten hoeveel CO2eq we in de periode tot aan 2030 nog mogen uitstoten. Dus, hoeveel ‘emissieruimte’ is er nog, voordat de hoeveelheid broeikasgassen in onze atmosfeer zo groot is dat de aarde in 2050 met meer dan 1,5 graden opwarmt? Die emissieruimte noemen we het CO2-budget. En op basis van dat principe kunnen we een CO2-budget tot 2030 vaststellen voor de bouw van nieuwbouwwoningen. Het Manifest 2.0 – Bouwen binnen de grenzen van onze planeet roept hiertoe op en is door veel organisaties ondertekend.

De bouw moet én kan een omslag maken
DGBC en NIBE hebben een eerste raming gemaakt van het CO2eq-budget voor de Nederlandse bouwsector. Vervolgens hebben zij op basis van een aangenomen bouwvolume tot aan 2050 een CO2eq-budget voor materiaalgebruik (dus productie van materialen en bouw) per vierkante meter nieuwbouwwoning bepaald: Paris Proof Embodied Carbon. Het budget per vierkante meter neemt gestaag af. Tot 2030 is het budget voor eengezinswoningen nog 200 kg CO2eq/m2 BVO. Van 2030 tot aan 2040 is dit nog maar 126 kg CO2eq/m2 BVO.

Als we deze Paris Proof Embodied Carbon-grenswaarde naast de gemiddelde CO2eq-uitstoot door materiaalgebruik van woningen uit 2021 zetten, krijgen we een opzienbarend inzicht: als we op deze wijze blijven bouwen om ons woningbouwdoel in te vullen, blijven we niet binnen ons CO2-budget tot aan 2030 en gaan we ons klimaatdoel voor de nieuwbouw zeker niet halen.
Is de combinatie van het halen van ons woningbouwdoel én het klimaatdoel dan een verloren zaak? Absoluut niet. Er is de komende jaren een grote omslag binnen de bouwsector nodig. Dat de bouw in staat is om deze omslag te maken laten koplopers zien. Er zijn namelijk nu wel degelijk mogelijkheden om Paris Proof te bouwen.

Koplopers laten de koers zien
Koplopers binnen de woningbouw laten zien wat de mogelijkheden zijn. Uit twee onderzoeken naar koplopers van W/E Adviseurs en uit de themagroepen van het Lente-Akkoord komen voorbeelden naar voren van projecten met een lage milieu-impact. Daar zijn uiteraard ook randvoorwaarden voor nodig, waaraan gewerkt moet worden. In het tweede onderzoek van W/E Adviseurs komen die aan bod.
Maar ook blijkt dat er nu al strategieën zijn, die door koplopers worden toegepast om effectief de milieu-impact van materialen te verlagen.
Een deel van deze strategieën kan ingezet worden om de milieu-impact op de korte termijn te verlagen en dus om Paris Proof te bouwen. Veelal combineren koplopers de verschillende strategieën. Dit zijn strategieën waarmee je op korte termijn CO2eq-emissies kan verlagen.

Zeven circulaire woningen in Stroinkslanden in Enschede. Het project ‘Zeven circulaire woningen in Stroinkslanden’ laat zien dat bouwen met hergebruikt materiaal mogelijk is. In dit project hebben verschillende partijen, waaronder corporatie de Woonplaats en architect LKSVDD, intensief samengewerkt. Er zijn zeven woningen gesloopt en zeven nieuw sociale huurwoningen gebouwd.

Bouwen met hernieuwbare materialen
Bouwen met hernieuwbare materialen, bijvoorbeeld houtbouw, staat volop in de aandacht. De koplopers uit de onderzoeken van W/E adviseurs gebruikten dit vaak als effectieve strategie om de milieu-impact van materiaalgebruik van nieuwbouwwoningen te verlagen. Er zijn verschillende manieren om met hout te bouwen, van houtskeletbouw tot CLT (Cross Laminated Timber) en LVL (Laminated Veneer Lumber).
Een voorbeeldberekening van een rijtjeswoning van CLT komt uit op een Paris Proof-waarde van 178 kg CO2eq-emissies per vierkante meter. Een groot verschil dus ten opzichte van circa 340 CO2eq-emissies per vierkante meter die in 2021 gemiddeld per nieuwbouwwoning werd uitgestoten voor materiaalgebruik. En ook onder de Paris Proof-waarde van 200 kg CO2 per vierkante meter van 2021. Met behulp van deze strategie is het dus mogelijk om binnen het CO2-budget te blijven en toekomstbestendig te bouwen.

Industrieel en conceptueel bouwen
Er verschijnen steeds meer woningfabrieken die bouwpakketten van conceptwoningen maken, die vervolgens op locatie in elkaar worden gezet. Deze manier van bouwen zorgt onder andere voor minder afval, minder vervoersbewegingen en betere arbeidsomstandigheden. Door conceptueel te bouwen wordt de controle op en de kwaliteit van het bouwproces groter. Zo kan ook makkelijker proactief worden gestuurd op standaardproducten met een lage milieu-impact. Zie bijvoorbeeld het project Koelmalaan in Alkmaar, waar met houten modules wordt gewerkt om de milieu-impact te verlagen.
Nog niet alle CO2-uitstoot die door industrieel en conceptueel bouwen wordt gereduceerd, vertaalt zich naar een betere Paris Proof-waarde. Maar als proactief wordt gestuurd op standaardproducten met een lage milieu-impact, bijvoorbeeld hernieuwbaar materiaal, kan dit wél tot het gewenste resultaat leiden.

Bouwen met hergebruikte materialen
De bouwsector produceert jaarlijks zo’n 25 megaton afval. Een deel van dat afval kan weer worden ingezet als bouwmateriaal. In het onderzoek naar koplopers kwamen relatief weinig voorbeelden naar boven van projecten waarin hergebruikt materiaal is toegepast. Maar het blijkt wél dat hergebruikt materiaal toepassen een effectieve manier is om de milieu-impact te verlagen. Zo laat het voorbeeld van het project ‘Zeven circulaire woningen in Stroinkslanden’ zien dat door een combinatie van hergebruikt materiaal en hernieuwbaar materiaal een Paris Proof-waarde van 169 kg CO2eq/m2 BVO kan worden behaald.

Anders kijken naar de bestaande voorraad
We lossen de woningnood op door voldoende, passende, woningen te creëren. Het gaat niet om bouwen, het gaat om iedereen goed te kunnen huisvesten. Het is dus van belang dat we slim kijken naar alle gebouwen die we al hebben en dat we ervoor zorgen dat we deze optimaal gebruiken. Jaarlijks voegen we momenteel immers maar circa 1% toe aan ons woningvoorraad. Er zijn ook verschillende ontwikkelingen en innovaties om onze bestaande voorraad optimaal te benutten. Denk aan het duurzaam verlengen van de levensduur van gebouwen (inclusief energetische verbetering), functieverandering, woningdelen of splitsen of optoppen.

Om effecten van ingrepen in de bestaande bouw inzichtelijk te maken wordt vanuit OnderhoudNL de CO2-monitor voor de bestaande bouw ontwikkeld. In een volgend artikel zullen we de opgave in de bestaande voorraad uitdiepen, evenals creatieve oplossingen om onze bestaande voorraad duurzaam in te zetten in de woningnood. We gaan daarmee in op de vraag of we de potentie van onze voorraad beter kunnen benutten om zo de druk op het milieu door nieuwbouw te verminderen?

Samen aan de slag
Koplopers laten zien welke strategieën al mogelijkheden bieden om Paris Proof te bouwen. Samen kunnen we deze strategieën opschalen en nieuwe, effectieve strategieën ontwikkelen en toepassen. Het Lente-Akkoord brengt partijen samen om hiermee aan de slag te gaan. Wil je je aansluiten, ga dan naar de website van het Lente-Akkoord. Voldoende woningen bouwen én ons klimaatdoel halen is een serieuze opgave. De bouwsector moet heel hard aan de slag om een omslag te maken, maar het hoopvolle is: we laten zien dat we dit kunnen.

Tekst: Esmeralda Hemelaar, John Mak, Geurt Donze, Beeld: W/E Adviseurs