VASTGOEDBEHEER
Niet alle basistuinen
zien er hetzelfde uit
september 2021 21
tegenprestatie. Het is maatwerk. De huurder
betaalt voor de aanleg van de basistuin, niet
voor de materialen. Die blijven ons eigendom.
Bij het verlaten van de woning mag hij of zij
ze dan ook niet meenemen. Dat leggen we in
een overeenkomst vast. Niet alle basistuinen
zien er hetzelfde uit. Bij het aanleggen ervan
hanteren we wel dezelfde uitgangspunten: de
huurder moet de kosten verantwoord kunnen
betalen, de tuin moet toegankelijk zijn voor
rollators en scootmobielen en het moet ‘groen’
worden aangelegd en makkelijk te onderhou-den
zijn.’
Goed voorbeeld
‘Met ‘groene’ aanleg bedoelen we niet alleen
dat ‘groen in de straat’ bijdraagt aan een
betere leefomgeving. Het zorgt tevens voor
een snellere afvoer van het water tijdens de
steeds vaker voorkomende forse regenbuien
en beperkt de hittestress die het gevolg zou
zijn van een volledig betegelde tuin. Er zijn
nog een aantal redenen voor het aanleggen
van basistuinen, bijvoorbeeld als een vertrek-kende
huurder de tuin slecht oplevert of als
vraag en aanbod niet met elkaar overeenko-men.
Denk daarbij aan alleenstaanden in een-gezinswoningen
met een veel te grote tuin.
Daarnaast kan een aangelegde basistuin bij de
oplevering van nieuwbouwwoningen huurders
het goede voorbeeld geven. Goed verzorgde
tuinen dragen bij aan nette buurten en die zor-gen
voor trotse huurders en buurtbewoners.
Feit is ook dat mensen zich in nette buurten
socialer gedragen en voor minder overlast
zorgen.’ <
we weten wat er in onze buurten speelt, hou-den
toezicht op de uitvoering van alle plan-nen
en spreken andere organisaties aan op
hun verantwoordelijkheden. Je moet daarbij
onder meer denken aan gemeenten, welzijns-
en zorgorganisaties. We gaan er daarbij vanuit
dat die organisaties ons ook op onze verant-woordelijkheden
aanspreken, want voor het
leefbaar maken en houden van buurten is een
goede samenwerking voorwaardelijk, ook met
de huurders. Aandacht voor elkaar is daarbij
de rode draad. Huurders die elkaar kennen,
stappen sneller op hun buurtgenoten af om
problemen te bespreken en zullen elkaar eer-der
de helpende hand bieden.’
Zelfredzaamheid
‘We maken buurtbeheerplannen voor buurten
waar specifieke leefbaarheidsthema’s spelen
en richten ons daarbij niet alleen op de buur-ten
die de meeste aandacht nodig hebben.
Onze aanpak is collectief waar het kan en
individueel waar het moet. Het uitgangspunt
is zelfredzaamheid naar vermogen. Als dat
onder druk staat, dan blijven we kijken naar
wat mensen wél kunnen doen. Waar nodig
helpen we. We geven onze huurders de ruimte
om invloed op hun eigen leefomgeving uit te
oefenen. Betrokkenheid van huurders is een
belangrijke succesfactor bij het verbeteren
van de leefbaarheid van hun buurten. Daarom
nemen we huurdersinitiatieven altijd serieus en
zullen we die ook faciliteren. Als een buurt er
niet verzorgd en netjes uitziet, dan gaat dat
ten koste van de leefbaarheid. Daarbij is tuin-onderhoud
een belangrijk aandachtspunt. We
voeren gesprekken met huurders om samen
te bepalen wat in hun buurt wel en niet pas-send
is.’
Maatwerk
Als wijkconsulente staat Saphira Laturake in
direct contact met huurders: ‘Als een huur-der
zijn tuin fysiek of financieel niet meer kan
onderhouden en geen sociaal netwerk om
zich heen heeft, dan bieden wij in bepaalde
gevallen een basistuin aan. Ze zijn nooit gratis.
Onze bespaarcoach bespreekt met de huur-der
wat hij of zij kan bijdragen en treft indien
nodig een betalingsregeling. Als niets kan
worden betaald, dan vragen we een andere
Saphira Laturake:
‘De huurder
betaalt voor
de aanleg van
de basistuin;
niet voor de
materialen’