GEZONDE GEBOUWEN
26 Vastgoedsturing #20
thermisch comfort en geluid. Op basis daar-van
worden gebruikers ingedeeld in profielen.
‘Als je de voorkeuren van mensen weet, dan
kun je hun werkomgeving veel beter inrichten
en een gebouw indelen in zones voor de ver-schillende
profielen. De voorkeuren van men-sen
kunnen ook per dag verschillen. Op basis
van een korte vragenlijst die mensen bij aan-komst
invullen, kun je bepalen in welke zone
ze het beste kunnen gaan zitten.’ Is dat niet
te veel gedoe? Bluyssen denkt van niet: werk-gevers
willen graag gezonde en comfortabele
werkplekken. Die zorgen immers voor minder
uitval. Vastgoedeigenaren kunnen adverteren
met een gezond binnenmilieu.
Integraal
Duurzaam en gezond worden vaak in één
adem genoemd en dat vindt ze terecht. Het
verbeteren van het binnenmilieu en het bestrij-den
van klimaatverandering moet integraal
worden aangepakt. Het baart haar zorgen dat
woningen in het kader van de energietran-sitie
potdicht worden gemaakt. ‘Het risico is
dat er een slecht binnenmilieu ontstaat door
vochtophoping, condensvorming, schimmel-groei
en problemen met stoffen die uit de
gebruikte materialen komen, zoals formalde-hyde.
Aandacht voor ventilatie is dan ontzet-tend
belangrijk.’
Dat het raadzaam is nut en noodzaak van
regels tegen het licht te houden, blijkt uit een
onderzoek van TNO, de Technische Universi-teit
Eindhoven en Hogeschool Utrecht naar
de inzet van luchtbevochtiging. Luchtbevoch-tiging
vindt vaak plaats met stoom, wat veel
aardgas vraagt. Vanuit het Expertisecentrum
Duurzame Zorg kijkt dr.ing. Roberto Traversari
van TNO naar issues in de zorgsector die ver-duurzaming
vertragen of blokkeren. ‘Het was
ons onduidelijk waarom die bevochtiging met
name binnen ziekenhuizen nodig was c.q. wat
de bewijslast hiervoor is. Als antwoord kregen
we: het staat in de richtlijn, of dat hebben we
altijd zo gedaan.’
Hard bewijs
Uit onderzoek in twintig ziekenhuizen bleek
dat er veel wordt bevochtigd maar hiervoor
vrijwel geen wetenschappelijke onderbouwing
is. ‘Alleen voor bepaalde medische apparatuur
hebben we restricties gevonden, zoals bijvoor-beeld
een MRI-scanner. Dan zou je ook alleen
specifiek die ruimte kunnen bevochtigen. Zie-kenhuizen
moeten er goed over nadenken of
ze wel het hele ziekenhuis willen bevochtigen,
of ze überhaupt wel wíllen bevochtigen en
welke grenzen ze willen aanhouden. Nu wordt
vaak strak geregeld op 50 procent luchtvoch-tigheid.
Dat kost niet alleen veel stoom voor
de bevochtiging, het kost ook veel energie.
Ook het ontvochtigen in de zomer kost veel
energie, want dat doe je met koeling.’ Door
een grotere bandbreedte aan te houden en
niet in te grijpen als de luchtvochtigheid tus-sen
bijvoorbeeld de 30 en 70 procent blijft,
valt er veel besparing te behalen.
Traversari verwacht niet dat dit problemen
gaat opleveren. ‘Op operatiekamers wordt bij-voorbeeld
gewezen op het risico op wond-uitdroging
als je niet voldoende bevochtigd.
Daar is geen bewijs voor.’ Hetzelfde geldt
voor klachten over droge ogen. ‘Droge ogen
worden veroorzaakt door verschillende facto-ren.
Er zijn studies die daar andere oorzaken
voor aanwijzen, zoals stof en luchtsnelheid. In
Roberto Traversari:
‘Ziekenhuizen
moeten er goed
over nadenken
of ze de lucht
überhaupt wel
willen bevochtigen’