ONDERWIJSVASTGOED
december 2019 9
binnen. Er wordt meer gekeken naar natuurbeleving
met daardoor een samensmelting
van buiten en binnen.’ Volgens Wim Pullen,
directeur van het Center for People and Buildings,
vraagt het adaptieve schoolgebouw om
zeer goed doordachte ontwerpen. ‘Er moet
aan de voorkant grondig nagedacht worden
over de principes van scheiden en verbinden.
Alleen dan krijg je goede, flexibele schoolgebouwen
die snel kunnen wisselen.’
Het meest duurzame schoolgebouw is het
schoolgebouw dat helemaal niet gebouwd
hoeft te worden. De derde stelling luidde dan
ook: hergebruik is mooi, maar beter is om een
gebouw in stand te houden. Volgens Fiona
Hamberg van het Energiebespaarfonds moet
hier per schoolgebouw naar gekeken worden.
‘Daar waar hergebruik mogelijk is moet je er
altijd voor gaan. Zeker bij monumentale panden.
Maar dan moet je wel goed bekijken hoe
de energiebehoefte van deze gebouwen sterk
omlaag gebracht kan worden. En panden die
niet tot nauwelijks te redden zijn, daar moet
je geen geld en energie meer in steken, dan
kun je beter kiezen voor nieuwbouw.’
Een andere bezoeker kijkt bij het thema hergebruik
niet zozeer naar de bestaande bouw,
maar liever vooruit. ‘We zijn heel veel nieuwe
gebouwen aan het ontwikkelen, daarbij moeten
we ook nadrukkelijk kijken naar circulariteit.
Hoe gaan we deze gebouwen vormgeven
en voor welke materialen kiezen we? Dat zijn
momenteel belangrijke vragen in het ontwerpproces.
Gebouwen moeten lang, misschien
wel tot in de lengte der dagen, bruikbaar zijn.
Aanpasbaarheid van de gebouwen is daarom
een belangrijk thema. Bij het ontwerp moet
hier heel specifiek rekening mee worden
houden.’
Tijd voor andere contractvormen
Ook bij de vierde stelling draaide het om de
levensduurbenadering bij nieuwbouw: bouwen
wordt meer assembleren, ontkoppelen
en hergebruiken. Zijn we daar al aan toe? ‘Ja’,
stelde een bezoeker: ‘Ik ben heel enthousiast
over het hergebruik van industrieel erfgoed en
ik denk dat de markt al aardig op de goede
weg is wat dit thema betreft. Maar bij scholen
zie ik dit nog niet zo snel als een succesverhaal.
Er lijkt nog maar weinig aandacht voor.’
Toch zou ook het onderwijs hiermee aan de
slag kunnen, denkt Harry Vedder, directeur
van advies en managementbureau M3V. ‘Wat
de markt al kan is verbluffend. Het probleem
zit hem er meer in dat opdrachtgevers niet
de juiste vraag stellen aan de markt en de
toeleveranciers. Het is de hoogste tijd voor
andere contractvormen in plaats van de standaardbestekken.
Dan is er ook bij onderwijsvastgoed
veel te winnen op het gebied van
levensduurbenadering. Opdrachtgevers en
besturen moeten dus de juiste vraag stellen
aan de juiste mensen en de juiste partijen bij
de nieuwbouw betrekken. De bouwer wordt
dan meer assembleur en producten worden
daarmee veel belangrijker in het proces. Maar
dat vraagt wel om een grotere collectiviteit
tussen al die ondernemers.’ <
‘Er wordt meer
gekeken naar
natuurbeleving
met daardoor
een samensmelting
van buiten
en binnen’
De Nationale Trendradar
Onderwijsvastgoed
is samengesteld
op basis van negen
interviews met personen
uit het onderwijsvastgoed.
Uit deze
interviews zijn op
basis van de grootste
gemene deler trends
geselecteerd waarmee
onderwijsinstellingen/
gemeenten nu
te maken hebben of
gaan krijgen.
Bekijk hier de trends:
De sponsor van deze trendradar is ICSadviseurs